🌀 Wat is bewustzijn?

Bewustzijn is een van de meest intrigerende, maar ook meest ongrijpbare begrippen in de menselijke ervaring. Het verwijst naar het besef dat we bestaan, dat we denken, voelen, waarnemen en handelen. Het is het innerlijke ‘ik’ dat zich afvraagt wie het is, waarom het denkt, wat het waarneemt, en hoe het zich verhoudt tot de wereld.

Maar hoe omschrijf je iets dat zichzelf probeert te begrijpen?

Bewustzijn als besef

Bewustzijn begint bij besef: het weten dat we leven, dat we een lichaam hebben, dat we in een wereld zijn. Dit besef maakt het verschil tussen leven als een biologische entiteit (zoals planten en dieren of machines) en leven als een denkend, voelend wezen. In die zin is bewustzijn een fundamentele voorwaarde voor menselijke ervaring.

Bewustzijn is geen afzonderlijk orgaan of vaste eigenschap, maar een proces dat ontstaat uit de samenwerking van onze hersenen, onze zintuigen, onze persoonlijkheid en de context waarin we ons bevinden. Het is dus echt: bewust zijn – van alles wat we via onze zintuigen waarnemen, zowel in de wereld rondom ons als in onze innerlijke beleving. Het is een individuele integratie van zintuiglijke prikkels, geheugen, emoties en taal. Onze hersenen analyseren voortdurend informatie uit de wereld én uit ons lichaam ”(interoceptie – het waarnemen van interne lichaamstoestanden, en proprioceptie – het waarnemen van de positie en beweging van ons lichaam)”, en bouwen daaruit een intern model op. Hierbij geven we betekenis en begrip aan alles. We bepalen iets naar waarde, we beoordelen materie maar ook immateriële situaties, condities. Dit zijn de niet fysieke dingen. Dit alles gaan we met woorden omschrijven en als conclusies in ons geheugen opslaan. Het geeft ons individuele kennis van onze leefwereld en gebruiken dit om gelijkaardige dingen continu mee te vergelijken.

Een individueel en subjectief proces

Bewustzijn is per definitie persoonlijk. Het wordt gevormd door onze unieke hersenstructuur, genetica, ervaringen, overtuigingen, emoties en culturele omgeving. Wat wij ‘bewust ervaren’, verschilt dus van persoon tot persoon. Dit verklaart waarom mensen op heel uiteenlopende manieren reageren op dezelfde prikkel. Niemand kan het bewustzijn van een ander rechtstreeks ervaren. Het speelt zich volledig vanbinnen af: een subjectieve wereld van gedachten, gevoelens, herinneringen, intenties, dromen. Deze subjectiviteit maakt het filosofisch moeilijk te vatten én wetenschappelijk moeilijk te meten.

De rol van de hersenen

Onze hersenen zijn de dragers van dit bewustzijn, maar niet het bewustzijn zelf. Wat we weten is dat beschadiging aan bepaalde hersendelen leidt tot bewustzijnsverlies of vervorming van ervaring. Toch blijft het een open vraag hoe het fysieke brein leidt tot het subjectieve gevoel van ‘ik ben’. Dit wordt ook wel het harde probleem van bewustzijn genoemd (David Chalmers).

Verbonden met denken en taal

Bewustzijn maakt denken mogelijk, en denken voedt op zijn beurt het bewustzijn. Zonder waarneming is er geen besef, zonder besef geen denken, en zonder denken geen bewustzijn. Dit maakt bewustzijn tot een afgeleide functie van het denken – waarbij vraagstelling centraal staat. Enkel wie vragen stelt over wat hij ervaart, maakt zijn bewustzijn actief en reflectief. Door vragen te stellen en na te denken, vormen we een bewuste houding ten opzichte van de werkelijkheid. Taal fungeert hier als brug: ze maakt onze gedachten deelbaar en tastbaar, zowel voor onszelf als voor anderen.

Automatisch versus bewust

Een groot deel van ons functioneren verloopt onbewust: ademen, verteren, reflexen, maar ook automatische denkpatronen. Bewustzijn treedt pas op wanneer we onze aandacht richten, wanneer we twijfelen, een keuze moeten maken, of een vraag proberen te beantwoorden. Dit onderscheid toont dat bewustzijn geen constante staat is, maar een variabel proces.

Grenzen van bewustzijn

Niet alleen mensen, maar ook dieren bezitten in zekere mate bewustzijn. Maar het menselijke bewustzijn onderscheidt zich door zelfreflectie: we zijn ons bewust dat we bewust zijn.

Soms zijn we ons heel scherp bewust van wat we waarnemen, andere keren slechts vaag of helemaal niet. Onze aandacht, interesse, emotionele toestand en interne motivatie bepalen in welke mate we bewust zijn van wat er binnenkomt via onze zintuigen.

In situaties van vermoeidheid, afleiding, pijn of overweldiging vermindert het bewustzijn, terwijl gerichte vraagstelling, verwondering of intense ervaring het versterkt. Er zijn momenten waarop we automatisch reageren zonder nadenken (instant-denken), en andere waarop we diep reflecteren (nadenken).

Bewustzijn is dus niet statisch, maar voortdurend in beweging – het verdiept zich waar we betekenis zoeken, en verdwijnt naar de achtergrond waar we onszelf of de wereld niet actief bevragen.

Samengevat: bewustzijn is een proces van voortdurende zintuiglijke integratie, innerlijke reflectie en betekenisgeving. Het is tegelijk het startpunt én het resultaat van ons denken, voelen en ervaren. Wie het wil begrijpen, moet durven twijfelen aan alles wat vanzelfsprekend lijkt – precies zoals elke diepgaande vraag begint: met het bewustzijn dát er een vraag is. Want alles wat we begrijpen, analyseren of ontwikkelen als mens, begint bij één feit:
dat we bewust zijn.